Direct een advocaat nodig? Bel: +31 10 220 44 00

Of e-mail en ontvang binnen 24 uur een antwoord

Wat is de toegevoegde waarde van de nieuwe Wet verduidelijking beoordeling arbeidsrelaties en rechtsvermoeden (VBAR)? De Raad van State twijfelt ⚖️

Tim

Rechtspraak hamer 2

Op 11 november 2024 heeft De Raad van State haar langverwachte advies gepubliceerd over het omstreden wetsvoorstel VBAR. De signalering van bepaalde problemen is terecht, echter twijfelt de Raad aan de toegevoegde waarde van het wetsvoorstel. Daarentegen is de opheffing van het handhavingsmoratorium door de Belastingdienst volgens de Raad wel een goede ontwikkeling.

Het wetsvoorstel

Een trouwe lezer van onze blogs is al enigszins op de hoogte van de kern van het wetsvoorstel, echter is herhaling de kracht van de boodschap. In het kort wordt beoogd het onderscheid tussen werknemers en zelfstandigen te verscherpen en wordt er een rechtsvermoeden geïntroduceerd. Iedere werkende die minder dan € 33,00 per uur verdient, wordt geacht werknemer te zijn.

De Raad van State over het onderscheid tussen werknemers en zzp’ers

De Raad twijfelt of het wetsvoorstel VBAR het probleem oplost van de fiscale uitkomsten die verbonden zijn aan het antwoord op de vraag of iemand een werknemer of een zzp’er is. Het onderliggende probleem is dat werkenden – als zij de keus hebben – zich liever in de markt zetten als zzp’er, veelal omdat dit financieel voordeliger is. Dit wetsvoorstel codificeert bestaand recht, wat best nuttig kan zijn, maar dit onderliggende probleem wordt daarmee niet aangepakt. Dit zou volgens de Raad beter kunnen worden opgelost door bijvoorbeeld de zelfstandigenaftrek en de mkb-winstvrijstelling af te bouwen en zelfstandigen te verplichten om een arbeidsongeschiktheidsverzekering af te sluiten. Dit zijn juist oplossingen die het wetsontwerp niet hebben gehaald.

Toegevoegde waarde van het rechtsvermoeden?

De Raad is ook niet overtuigd van het rechtsvermoeden. Zo mag de Belastingdienst het rechtsvermoeden niet eens zelfstandig toetsten, maar zal zij afhankelijk zijn van de rechtelijke uitspraak waarin het werknemerschap wordt vast gesteld. Om hiervan gebruik te kunnen maken zullen werkenden dus naar de rechter moeten stappen en dat is voor deze groep meestal een te grote stap. Hoeveel (veronderstelde) werknemers, met een uurloon van minder dan € 33,00, dit zullen doen is inderdaad twijfelachtig.

Opheffing handhavingsmoratorium

Waar het wetsvoorstel VBAR door de Raad flink onder vuur wordt genomen, geldt dit niet voor de opheffing van het handhavingsmoratorium in het kader van de wet DBA. Dat vindt de Raad in beginsel een goed idee. Sterker nog, ze vraagt zich af of de wet VBAR hiernaast wel nodig is.

Met terugwerkende kracht pensioenpremies afdragen?

In beginsel niet veel nieuws onder de zon, met uitzondering van het feit dat de Raad vraagt hoe de regering denkt om te gaan met de pensioenpremies. De Belastingdienst gaat pas naheffen over de periode dat het handhavingsmoratorium (vanaf 1 januari 2025) is opgeheven (tenzij sprake is van kwaadwillendheid). Of pensioenfondsen eenzelfde werkwijze hanteren als een schijnzelfstandige met terugwerkende kracht toch werknemer is, blijkt op dit moment nergens uit. De Raad vraagt zich letterlijk af wat de pensioenfondsen zullen doen als met terugwerkende kracht wordt vastgesteld dat een zzp’er al die jaren gewoon werknemer was. Tellen die jaren dan mee voor de pensioenberekening? De Pensioenfederatie heeft in dit verband geopperd schijnzelfstandigen geen pensioenaanspraken over het verleden te geven. Dat zou dan betekenen dat bijvoorbeeld een zzp‘er die altijd in de Bouw heeft gewerkt en zelf geen pensioen heeft opgebouwd, straks moet rondkomen van alleen een AOW-uitkering. Je kunt stellen dat een zzp’er die echt voor het ondernemerschap kiest gewoon pech heeft, maar wat doet men met die zzp’ers die wel als zelfstandige moeten werken, omdat ze anders geen inkomen hebben? De Raad adviseert om die reden het wetsvoorstel op dit vlak aan te vullen.

Heeft u naar aanleiding hiervan vragen over het inhuren van zzp’ers? Neem dan contact op met Dennis Oud, Tessa Sipkema, Tim van Riel of met Elke Hofman-Bijvank.

U kunt het advies van de Raad van State hier zelf lezen.

Logo Haij Wende

De Haij & van der Wende

Advocaten
Dennis rond 200x200

Dennis Oud

Advocaat
Erwin rond 200x200

Erwin den Hartog

Advocaat Ondernemingsrecht en Vastgoedrecht
Fleur 1

Fleur Huisman

Advocaat Omgevingsrecht
Petra lindhout pf

Petra Lindthout

Advocaat Omgevingsrecht
Tessa rond 200x200

Tessa Sipkema

Advocaat Arbeidsrecht en Ondernemingsrecht
Gerard rond 200x200

Gerard van der Wende

Advocaat Bestuursrecht en Personen- en Familierecht
Elke 1

Elke Hofman-Bijvank

Advocaat Arbeidsrecht
Tim portret

Tim van Riel

Jurist Arbeidsrecht
Iris portret

Iris Keemink

Jurist

Mogelijk ook interessant voor u:

Test news item

Wij wijzen erop dat de inhoud van onze website (inclusief eventuele juridische bijdragen) uitsluitend bedoeld is voor niet-bindende informatieve doeleinden en niet dient als juridisch advies in strikte zin. De inhoud van deze site kan en mag niet dienen als vervanging van individueel en bindend juridisch advies dat betrekking heeft op jouw specifieke situatie. Alle informatie wordt daarom verstrekt zonder garantie voor juistheid, volledigheid en actualiteit.

De noodzaak van uitgestelde inwerkingtreding van een omgevingsvergunning voor een geslaagd verzoek om voorlopige voorziening 🌳

Terugblik: Succesvolle Ontbijtsessie "ZZP"🥐

Blijf juridisch op de hoogte

Meld u aan voor onze nieuwsbrief